2.3.3. De Hoofdgroenstructuur geordend
Voor de
Hoofdgroenstructuur is in het kader van het vigerende structuurplan Open Stad 1996 een aanvullend
toetsingskader opgesteld, dat tevens toepasbaar is voor het nieuwe
structuurplan (Kiezen voor Stedelijkheid). De gebieden behorend tot de
hoofdgroenstructuur zijn ingedeeld in 12 groentypen, verdeeld over 5 clusters.
Onderstaande tabel geeft dit weer.
Cluster |
Groentypen |
Volkstuinen en
sportcomplexen |
Volkstuincomplexen,
schoolwerktuinen en nutstuinen Sportparken |
Parken |
Historische
parken Traditionele
parken Traditionele
parken (natuurrijk) Groene corridors
/ corridorparken Begraafplaatsen |
Schakelparken en
recreatiegebieden |
Diverse
groentypen |
Natuurgebieden |
Ruigtegebieden Natuurparken Groene corridors
/ corridorparken |
Landelijke
gebieden |
Stadsrandpolders |
De hoofdgroenstructuur in Amsterdam wordt gevormd door radiale verbindingen (scheggen) tussen land en stad en tangentiale verbindingen (zoals de Ringvaart en het Ecolint) tussen de scheggen onderling. Het Beatrixpark is een traditioneel park. Traditionele parken mogen niet worden opgevuld met verspreide maar dominante bebouwing en er moet voorkomen worden dat de parken een overmaat aan voorzieningen krijgen. Voorzieningen die toegestaan zijn, zijn: entree- en speelvoorzieningen, zoals speelplaats, kinderbadje, kiosk, kleine horecavoorzieningen, banken, infoborden, hondenvoorzieningen, skeelerbaan, halfpipe, kleine sport- en spelvoorzieningen. In de parkzone eventueel aparte groene attracties als een rosarium of kruidentuin. Plaatselijk zijn natuurlijke evenementen mogelijk, zoals een natuurvriendelijke oever of bloemenweide.
2.3.4 Visie Noordzone
In het kader van de ontwikkeling van het grootstedelijk gebied Zuidas is de dienst Ruimtelijke Ordening bezig met een visie Noordzone, direct aangrenzend aan het plangebied.
In deze visie wordt uitgegaan van een gracht langs de Prinses Irenestraat en een naar het zuiden toe hoger wordende bebouwing. Een en ander wordt verwerkt in de visie Zuidas 2003, welke naar verwachting eind dit jaar gereed is.
2.4 Stadsdeelbeleid
Naar aanleiding van het samenvoegen van de stadsdelen
Buitenveldert, Rivierenbuurt en de Prinses Irenebuurt van Oud Zuid in het
stadsdeel Zuideramstel (in april 1998) is op 23 mei 2000 door de Stadsdeelraad
een nieuwe Nota Woningonttrekking vastgesteld, om de bestaande regelingen van
de drie stadsdelen op elkaar af te stemmen en samen te voegen in één regeling.
In de nota wordt het beleid ten aanzien van woningonttrekking beschreven. Uitgangspunt is het handhaven en waar mogelijk versterken van de woonfunctie. Onder woningonttrekking worden de volgende zaken verstaan:
- partiële
woningonttrekking: het gaat om gedeeltelijke onttrekking van de woning ten
behoeve van beroep of praktijk aan huis. Dit kan zonder compensatie
plaatsvinden tot een maximum van 40% van het oppervlak van de woning;
- volledige woningonttrekking: bij zelfstandige woonruimte is dit niet toegestaan, bij onzelfstandige woonruimte alleen als er compensatie plaatsvindt.
- samenvoeging: samenvoegen van woningen is niet toegestaan. Uitgezonderd zijn woningen kleiner dan 32 m² en woningen waarbij bouwkundig herstel noodzakelijk is.
- het
omzetten van een zelfstandige woonruimte naar niet-zelfstandige woonruimte (woonruimte
zonder zelfstandige toegang) is niet toegestaan.
naar
pag. 7